Soms word ik gek van alle keuzes. En dan bedoel ik niet alleen de keuze tussen leveranciers van producten als pindakaas en elektriciteit, maar vooral de keuze tussen welke waarde vind ik op dit moment het belangrijkst. Ik bevind mij op dit moment in een spagaat tussen: zo min mogelijk geld uitgeven en zo duurzaam mogelijk leven. Dat lijkt op het eerste gezicht helemaal geen tegenstelling, maar op een bepaalde manier is het dat toch.
Zo werd ik net, op de zevende dag van deze duurzaamheidsweek met mijn neus op de feiten gedrukt, toen ik ervaringen deelde op de Facebookpagina van No Impact Week. Ik reageerde op de vraag van iemand die wilde gaan overstappen naar energieleverancier Greenchoice. Wij zijn net overgestapt van Greenchoice naar een andere leverancier. Op besparingsadvies van de Consumentenbond. Uitgangspunt van de keuze was: wie levert de goedkoopste groene stroom en niet wie is het groenst. In deze week dus een verkeerde keus. Zo aten we ook veel puur en eerlijk producten van de AH, maar zijn we, ook om minder geld uit te geven voor veel dingen overgestapt op Euroshopper. En het scheelt aanzienlijk, daarom leek het een logische en slimme keus, want dingen zijn echt niet minder lekker als er zo’n rood/witte verpakking op zit. Maar ja, in deze No Impact Week heb je dan het idee dat je juist een slechte keuze hebt gemaakt. Wat te doen? Welk uitgangspunt wint?
Ik maak een pragmatische keuze. We zijn al heel puur en eerlijk bezig door op allerlei vlakken minder te consuminderen. En goed, we stoppen het geld dat we besparen in een groene bank. Dat is toch ook al wat waard?
Pingback: Palmoliechallenge - José van Winden Tekstproducties