Een paar weken geleden liet ik per ongeluk mijn fiets een nachtje staan bij de basisschool. Gewoon even vergeten na een ochtend computermoederen. De volgende ochtend greep ik mis: fiets niet in de schuur en ook niet bij school. Ik was verbijsterd. Als eerste vroeg ik me af of ik hem niet ergens anders had geparkeerd. Naïef misschien, maar ik woon dan ook in een gemoedelijk dorpje, dat over het algemeen net buiten de invloedssfeer van Den Haag, Delft of Rotterdam valt (zoiets als dat Gallische dorpje van Asterix en Obelix). Na wat diep nadenken wist ik wel zeker dat mijn fiets daar een paar uur eerder nog gestaan had. Ik heb het hele dorp uitgekamd, ben een buurtonderzoek gestart en plaatste een briefje bij de AH. Zonder resultaat, helaas, mijn fiets was en bleef weg.
Rare hobby
Aangezien ik mijn fiets dagelijks gebruik om me van hot naar her te verplaatsen, kocht ik al snel een nieuwe tweedehands. Keurig bij de fietsenmaker. Vanmorgen fietste ik ermee naar de bibliotheek om daar rustig te kunnen werken. Ik maakte een klein omweggetje om wat langer van de miezerregen te kunnen genieten, toen mijn oog viel op een visser die aan de waterkant zat. Rare hobby, dacht ik nog. Toen zag ik zijn fiets. Die kwam mij bekend voor. Ik stapte af om de fiets beter te kunnen bekijken. Zelfde mandje, zelfde zadel, zelfde banden. Ja, hoor, het was echt mijn fiets! En dat zei ik ook tegen die jongen. Hij keek me glazig aan en ik zei het nog een keer. “Oh”, bracht hij uit. “Ga maar kijken in de AH, daar hangt mijn briefje nog.” “Ja, ik geloof u wel.” “Hoe kom je er aan?” “Ik heb ‘m gekregen van een vriend, omdat mijn eigen fiets weg was,” zei hij zonder te verblikken of verblozen. “Zo”. zei ik. “En nu?” Hij wist het ook niet. Toen stelde ik voor dat ik ‘m maar weer mee zou nemen en dat vond hij wel een goed idee.
Neem maar mee
End of story? Nee, eigenlijk niet. Dit was een gewone jongen van een jaar of 20. Het had mijn neef kunnen zijn. Hij straalde niets kwaadaardigs uit, wel iets dommigs. En dat is het natuurlijk ook. Mijn fiets is weg, dus pik ik een andere, of koop ik voor een prikkie een andere gestolen fiets. Ja, jongens, zo werkt het natuurlijk niet. Ik, als moraalridder, ben nog steeds van mening dat zo lang ik geen briefje op mijn spullen hang met “neem a.u.b. mee, ik doe er toch niks meer mee” of “kom maar binnen en neem alles maar mee” of “rand me maar aan, want ik loop hier toch maar wat te lopen” dat iedereen gewoon met z’n tengels van mij en mijn bezittingen af moet blijven. Is dat zo gek? Maar ja, als wij natuurlijk alles voor niks willen hebben…
Beter een late reactie dan geen reactie.
Ik lees nu pas dat jij jouw fiets terug hebt!
Hartstikke fijn.
Grappig verhaal. Mijn moeder heeft iets soortgelijks meegemaakt. Die zag de dief namelijk ervandoor gaan op haar fiets. Die wilde de fiets niet “terug geven”, want het was toch echt zijn fiets. Als reactie begon mijn moeder te schreeuwen: Brand! Brand! De dief liet haar fiets vallen en rende weg. Geweldig. De fietsen die van mij werden gestolen, heb ik helaas nooit meer gezien.
Heb je hem wel je andere fiets verkocht voor dezelfde prijs als waarvoor jij hem bij de fietsenmaker gekocht had?
Hihi, wat ben jij een bofferd. Twee fietsen!))