Daar loop ik dan, met mijn hele gezinnetje, door de kleurige, drukke gangen van mijn oude middelbare school. Volgend jaar loopt onze oudste zoon hier misschien wel met zijn boeken te zeulen. Of met zijn laptop, want ook deze school gaat met zijn tijd mee.
De jaren gaan tellen
We hebben onze jas nog niet opgehangen of ik wordt al aangesproken door een oude bekende: mijn leraar Engels en klassenleraar van lang geleden. Maar het voelt alsof het gisteren was. Hij is duidelijk ouder geworden en in antwoord op mijn vraag hoe het gaat zegt hij: “Z’n gangetje. De jaren gaan tellen, hè”. Ik schrik ervan. Hij was één van de jongste leerkrachten toen ik er les had. Hoe oud ben ik dan wel niet?
Vrucht van mijn schoot
Natuurlijk weet ik ook wel dat ik de veertig al gepasseerd ben. Over de helft, zou je kunnen zeggen. Maar waarom voelt het dan niet zo? Ik kijk naar mijn eigen kinderen en verwonder mij erover dat dat vruchten zijn van mijn schoot. Soms lijkt het alsof we nog steeds vadertje en moedertje spélen. Mijn eigen moeder was toch zeker veel wijzer, verstandiger en vooral ouder toen ik 12 was?
Later als je groot bent
Maar nee hoor, de tijd neemt een loopje met mij. Jammer dat ik haar niet meer kan vragen of zij dit vroeger ook dacht. Dat het maar een spel was. Oefenen voor als je later groot bent. Voordat het volwassen leven echt ging beginnen. Nu weet ik: het is allang begonnen. Maar echt geloven doe ik het niet.
I’ve got this funny feeling concerning time and place
I wonder if I’m dreaming or if it’s just a phase.