Ik heb het weer helemaal verkeerd aangepakt. Na het lange schrijf- en redigeerproces van Weekendje Weg had ik goede voornemens om het schrijven van een roman een volgende keer veel gestructureerder aan te pakken. Het belangrijkste was dat ik pas aan het eerste hoofdstuk zou beginnen als ik wist hoe het verhaal af zou lopen. Had ik toen maar gehoord van de sneeuwvlokmethode, dan was mijn vervolgroman vast al lang af geweest.
Aan de haal
Maar nee, ik was eigenwijs. Ik wilde het ijzer smeden toen het heet was, luisterde teveel naar mijn intuïtie en moest en zou vooral mijn eigen nieuwsgierigheid bevredigen. Ik wilde zo graag weten hoe het nu met Sylvia, Iris, Els, Karin en Tara ging! En dus begon ik gewoon met schrijven zodra ik de locatie voor een nieuw avontuur voor de zussen bepaald had. Net als de vorige keer, bleek de plek cruciaal. Toen ik wist waar ik het volgende weekendje weg wilde situeren, gingen de personages met me aan de haal.
Schepper en schrijver
Weg was mijn autoriteit als schepper en schrijver. De zussen drongen zich aan me op. Stuk voor stuk wilden ze me hun versie van het verhaal vertellen. Alsof ze deelnemers waren aan Wie is de Mol, First Dates of Lego Masters onderbraken ze de verhaallijn om hun visie op het gebeuren te vertellen. En ik had geen idee waar het heen ging. Ik had geen einde, geen plot, niets.
Rot op met je gestook
Ik vergat om ze het vuur aan de schenen te leggen. Zij vierden lekker vakantie in Zuid-Spanje, bij een zwembad en hadden geen boodschap aan de eerste regels voor het schrijven van het verhaal, plus de tweede en de derde: conflict, conflict, conflict. Rot op met je gestook sisten ze me toe en ik trok me geschrokken terug achter een mangoboom.
Schrijverscoma
En dus kabbelde het verhaal maar voort. Tevreden met de toename van het aantal geschreven woorden (10.000, 25.000, bijna 40.000!) suste ik me in een schrijverscoma. De echte drang om te schrijven was weer weg. Waarom zou ik naar dat lege scherm staren als ik toch geen doel had? Een doel in het verhaal, bedoel ik: een grote apotheose, de escalatie, het grote gevecht of Ajax vs Feijenoord, zoals schrijfgoeroe Ger Beukenkamp het noemt. De zussen hadden geen eigen doel, geen drive, geen conflicterende belangen en dus gebeurde er niets.
Sneeuwvlokken in mei
Een ander doel had ik wel, maar dat raakte verder weg, bovenaan de berg, nauwelijks zichtbaar in de optrekkende mist. Daar op de top staat een vlag met het Godijn Publishing logo erop en daarbij met vette letters ‘Het langverwachte vervolg op Weekendje Weg’. Maar dat doel ging ik nooit halen als ik de macht niet greep. Ik moest terug naar het begin, structuur, structuur, structuur. Ik moest op zoek naar sneeuwvlokken in mei.
Marionetten
Ik, de schrijver, bepaal hoe het weekendje weg afloopt voor de zussen. Zij zijn mijn marionetten. Terug naar de tekentafel, dus, voor stap 1 op weg naar mijn unieke sneeuwvlok: de driehoek.
- punt 1: wie zijn de personages? Check
- punt 2: wat staat er op het spel? Check
- punt 3: hoe gaan ze het einddoel bereiken? Eh… wat is het einddoel?
Wordt vervolgd…