Het is 1 februari 2019. De eerste dag van de maand waarin ik me heb voorgenomen om niets nieuws te kopen (behalve voedsel). Het is onderdeel van een no impact beweging waar ik jaren geleden al eens aan geproefd heb. Sinds die tijd doe en laat ik al best veel dingen die te maken hebben met duurzaamheid en versobering. Wat precies? Ik zet ze straks gerubriceerd op een rijtje, om mezelf op de borst te kloppen (vanzelfsprekend), maar ook om anderen te laten zien dat dingen anders kunnen.
Eyeopeners
Soms heb je even een eyeopener nodig. Ik krijg ze dagelijks en ze hebben niet altijd het gewenste effect. Meestal denk ik, bij blogs over mensen die nauwelijks afval meer hebben (zero wasters), of alarmerende berichten over de palmolieplantages, dat ik schromelijk tekortschiet of dat zij verschrikkelijk overdrijven. Dat zijn geen helpende gedachten. Ik moet me gewoon bedenken dat alles dat ik doe of laat nuttig is. Al zijn het druppels op een gloeiende plaat, ze zijn het begin en vele druppels water maken uiteindelijk een hoosbui, toch?
Big impact
No impact. Het is het tegenovergestelde van wat ik wil bereiken in mijn leven. Ik wil een big impact. Eenzelfde negatieve connotatie heeft voor mij ‘je voetafdruk verkleinen’. No impact klinkt alsof je jezelf moet uitgummen, omdat je er niet toe doet. Het is niet waar.
The world needs your story in order to be complete.
Het is niet voor niets al tien jaar mijn levensmotto. Je doet ertoe, jouw keuzes doen ertoe. Big impact, dus.
Goed, dus februari is dit jaar niet alleen de maand van de klassieke muziek, maar ook de maand van de versobering. En waarom dan februari? Die maand is lekker kort ;-). Vandaag heb ik in ieder geval nog niets nieuws gekocht.
Minder afval
Afvalscheiding
De scheiding van afval begon al in mijn ouderlijk huis. Mijn moeder had een composthoop achterin de tuin. Verder werd er regelmatig oud papier opgehaald door de voetbalvereniging of iets dergelijks. Glas ging naar de glasbak. Toen ik klein was kwam er zelfs nog een lorrenboer langs. Ik zie de lorrenzak nog hangen aan de schuurdeur. Alle oude lakens, T-shirts en onderbroeken kieperden we erin. En ook dat werd gezien als grondstof en regelmatig opgehaald.
En nu: Glas, check. Oud papier, check. Plastic, check. Eerst brachten we wekelijks een tas met los plastic weg, nu is onze grijze Kliko een PMD-container geworden. Ook zo’n eyeopener. Die zit na vier weken (ik vergeet weleens een afhaaldag) echt wel propvol. Vooral met lucht. En ik heb nog een klein afvalemmertje voor het restafval. Een keer in de twee weken naar de ondergrondse container lopen is wel voldoende.
Hoeveelheid afval
Ons is met de paplepel ingegoten dat je dingen niet zomaar weggooit. Als iets kapot is, probeer je het te repareren. Heb je iets niet meer nodig? Verkoop het door of geef het weg. Onderdelen hergebruik je. Je eet netjes je bord leeg (je ogen zijn niet groter dan je maag). Je doet inkopen met een lijstje en een plan, zodat je geen etenswaren hoeft weg te gooien. Restjes maak je op. Tot zover helemaal prima.
Verpakking
Verpakkingsplastic gooi je altijd weg. Het dient een kortstondig doel en daarna is het voor eeuwig aanwezig. Het stuitte me altijd al tegen de borst, maar na alle verhalen en beelden over plastic soup en vervuiling van oppervlaktewater vind ik het helemaal niet te verkroppen dat het lijkt alsof er niet minder, maar juist meer in plastic wordt verpakt. Het begon met de komkommers, toen de paprika’s, winterpenen en spitskool en nu kan ik zelfs geen blote broccoli meer kopen in de supermarkt of op de markt. Het is toch absurd? Ik blijf het proberen, onverpakte spullen kopen, maar ik word er soms best een beetje moedeloos van. En ja, misschien zou ik in natuurvoedingswinkels of speciaalzaken wel het geluk vinden, maar (zucht) ik woon in een dorp met een Albert Heijn, twee bakkers en een groentekraam op vrijdag. En in de buurtwinkel met lokale producten is de plastic hype ook nog niet over. Fietsen voor mijn eten, is dat de volgende stap? Zou het in de kraampjes langs de weg beter geregeld zijn?
Positief blijven
Wat we wel doen om ons afval te beperken? Wij nemen onze boterhammen mee in een lunchskin (een herbruikbaar broodzakje), in een lunchbox of in oude broodzakken. We hebben allemaal een Dopper, een heel enkele keer wordt er een drankflesje aangeschaft. Ik werd gek van die grote flessen wasmiddel en was daarom tegenwoordig met de schillen uit de Himalaya (ook vrij van palmolie!). Mijn deo zit in een heel klein tubetje van suikerriet. Mijn tandenborstel is van bamboe. En ik verbruik minder papier, omdat ik uitwisbare aantekeningen maak. Het is een begin, zullen we maar zeggen.